maandag, 14 december 2020 18:00

Wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij in verband met een vervroegde beëindiging van de pelsdierhouderij

Inbreng Marjolein Faber
14-12-2020

Vrz,
sinds 2013 is er in Nederland een verbod op de pelsdierhouderij. Ook de PVV stemde destijds voor het verbod in het kader van dierenwelzijn.
Dat de nertsenhouders hun activiteiten nog konden voortzetten komt door de lange overgangtermijn die eindigt op 1 januari 2024.
Mede door deze lange termijn, onderdeel van het het flankerend beleid van het betreffende wetsvoorstel uit 2013, kwam de pelsdierhouderij niet in aanmerking voor een vergoeding.

De sector had immers 11 jaar de tijd om investeringen terug te verdienen.
Ook de Hoge Raad deelde deze stelling en oordeelde dat er sprake was van een juiste balans tussen de belangen van de pelsdierhouders en het algemeen belang.

Echter wordt deze balans nu verstoord. Het Coronavirus sloeg ook toe binnen de nertsenhouderij.
Met oog op de volksgezondheid werden tientallen besmette bedrijven geruimd, om infectiebronnen te doven. En van de overige bedrijven zijn alle nertsen inmiddels gepelsd.
Eigenlijk luiden de ruimingen al het einde van de nertshouderij in.
Om nog meer uitbraken te voorkomen komt de Minister nu met het voorstel om de pelsdierhouderij definitief te stoppen en wel op zeer korte termijn. Nog voor de volgende productiecyclus 2021.
Ook dienen pelsdierhouders snel zekerheid te krijgen, zeker nu het er naar uitziet dat een eerder gegeven zekerheid beland in de prullenbak. Zij verliezen, totaal onvoorzien, drie productie jaren, hetgeen hun terugverdientijd voor gedane investeringen verkort.
Dat er met dit wetsvoorstel nu wel voorzien is in een nadeelcompensatie voor de pelsdierhouders is dan ook redelijk.

Vrz, in het eerdere wetsvoorstel "verbod op pelsdierhouderij" uit 2013 is voorzien in een sloop en ombouw regeling. De Minister komt met een aanpassing van deze subsidieregeling op een later tijdstip.
Het klinkt veel belovend dat de sloopsubsidie zou worden verruimd betreffende tegemoetkoming in de kosten. Deze gaat van 50% naar 100%. Eigen bijdrage staat dan niet meer in de weg en het doel "het voorkomen van verrommeling van het landschap" kan gerealiseerd worden.
Tenminste als de Minister bij machte is om deze regeling langs de Europese Commissie te loodsen.
Want Nederland zit onder de plak. De Europese Commissie moet immers toestemming geven voor deze steunmaatregel. Nu is Nederland wel een grote netto betaler, maar het blijft een onzekere factor. Volgens de Brusselse dictaten is steun voor de sluiting van productiecapaciteit niet toegestaan indien de productiecapaciteit al is gesloten of wanneer een dergelijke sluiting onvermijdelijk is. En dat is nu het geval.

Kan de Minister de Europese Commissie overtuigen en garanderen dat deze nieuwe sloop en ombouw regeling er daadwerkelijk komt?
En zo ja op welke termijn? Graag een reactie van de Minister.

Vrz, dan het andere doel van deze sloop en ombouwregeling: het doorstarten naar nieuwe bedrijfsactiviteiten. Zijn andere bedrijfsvormen/activiteiten in de praktijk wel mogelijk?
Ten eerste zitten we in Nederland met de stikstofterreur.
De Minister heeft getracht het mogelijk te maken dat de stikstofrechten die vrijvallen bij de beëindiging pelsdierhouderij, deels weer ingezet konden worden voor nieuwe bedrijfsactiviteiten.
Echter werd de Minister terug gefloten door de Raad van State.
Tsja dat krijg je met die links groene politieke benoemingen in dit hoge rechtsorgaan.
Vrz, even de situatie op een rijtje: Nederland zit in het stikstofslot. Voor vrijwel alle activiteiten komt stikstof om de hoek kijken. De stikstofrechten die vrij vallen bij beëindiging pelsdierhouderij mogen niet automatisch ingezet worden voor nieuwe bedrijfsactiviteiten.
Deze wil men linea recta teruggeven aan schrale stikstofgevoelige natuur. En dat in een vruchtbare delta! Dat is vragen om moeilijkheden.

Hoe ziet de Minister in dit kader een doorstart voor de nertsenhouders met een ander soort bedrijf? Graag een reactie van de Minister.

Vrz, dan heeft de ondernemer ook nog met een bestemmingsplan te maken.
Een pelsdierhouderij valt onder de bestemming agrarisch met daarbij de aanduiding ‘intensieve veehouderij’. In de regel, hanteren gemeenten ook nog een maatwerkvoering. In die zin dat daarbij expliciet bedoeld wordt het houden van pelsdieren/nertsen.
Voor andere bedrijfsactiviteiten moet dus het bestemmingsplan worden gewijzigd.
De vraag rijst in hoeverre lokale overheden hier aan mee werken. Zij kunnen de boel op slot houden. Want ook lokale overheden loeren op de gecreëerde schaarse stikstofrechten.
Gaan zij meewerken aan het toe bedelen van stikstofruimte zodat deze ondernemers een doorstart kunnen maken? En werken zij mee aan het wijzigen van het bestemmingsplan?
Voor dat je het weet stampen zij liever een AZC uit de grond. Laten wij niet vergeten, toen heel bouwend Nederland plat lag kon er in Gilze Rijen wél een ACZ gebouwd worden voor €40 miljoen.

Vrz, terug naar de regeling. Om deze daadwerkelijk uit te kunnen voeren is afstemming met lokale overheden, die leidt tot medewerking, een voorwaarde. Anders kan er een situatie ontstaan dat overheden naar elkaar gaan wijzen en erger nog, zich achter elkaar verschuilen.
En deze regering wil staan voor een betrouwbare overheid? Toch?
En het kan toch niet zo zijn, dat de Minister de pelsdierhouders het bos in stuurt met een advies. In de Nota naar aanleiding van het verslag van 11 december j.l. schrijft de Minister, ik citeer:
"pelsdierhouders heb ik aangeraden om met hun gemeente in gesprek te gaan over de mogelijkheden die zij hebben op de locatie van de pelsdierhouderij". Einde citaat.
Dat is echt te makkelijk. Kennelijk heeft de Minister drommels goed door waar de schoen wringt en schuift zij het probleem door naar de pelsdierhouders.
Vrz, er is een probleem en dat moet integraal worden opgelost.

De PVV fractie heeft dan ook het volgende dringende verzoek aan de Minister: zorg te dragen dat lokale overheden mee werken aan het mogelijk maken van nieuwe bedrijfsactiviteiten op de locaties van de pelsdierhouderij, indien de pelsdierhouder een doorstart wil maken.
Als dat namelijk niet het geval is dan is de ombouw regeling een fopspeen en zwemmen pelsdierhouders in een fuik waar ze niet meer uit kunnen.
Om dit verzoek kracht bij te zetten , dien ik namens mijn fractie de volgende motie in:

MOTIE VAN HET LID Faber

Voorgesteld 14 december 2020

 

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende,

dat het wetsvoorstel “Wijziging van de Wet verbod pelsdierhouderij in
verband met een vervroegde beëindiging van de pelsdierhouderij” voorziet in een sloop- en ombouw regeling en dat voor het uitvoeren van deze regeling medewerking is vereist van de lokale overheden;

overwegende,

dat een voorwaarde voor het ontplooien van nieuwe bedrijfsactiviteiten op de locatie van de voormalige pelsdierhouderij wijziging van het bestemmingsplan noodzakelijk is,

verzoekt de regering zorg te dragen dat lokale overheden meewerken aan het mogelijk maken van nieuwe bedrijfsactiviteiten op de locaties van de pelsdierhouderij, indien de pelsdierhouder een doorstart wil maken

en gaat over op de orde van de dag.

 

Vrz, tot zo ver mijn inbreng.

545 keer gelezen