dinsdag, 23 juni 2015 12:15

Debat: Aanscherping Voetbalwet

Bijdrage Gidi Markuszower

Voorzitter, het is met groot genoegen dat ik vandaag mijn maidenspeech mag uitspreken. En nog wel over een wijziging van de Gemeentewet en het Wetboek van Strafrecht, die burgemeesters en de wetgever de instrumenten geven om de straten van Nederland weer wat veiliger te maken.

Want dat voorzitter, is een van de doelen die ik mijzelf, namens de Partij voor de Vrijheid fractie, heb gesteld. Nederland veiliger maken.

Een van de voornaamste taken van de overheid, zo niet de voornaamste, is de veiligheid van de burgers te garanderen. In mijn optiek scoort onze overheid op dit vlak een flinke onvoldoende. Het criminaliteitscijfer kan en moet, fors omlaag.

Politie, justitie en in casu ook de burgemeesters moeten de plegers van misdaad en overlast dicht op de huid zitten. De samenleving is harder geworden. Mede door de veranderde bevolkingssamenstelling is het onderlinge vertrouwen afgenomen. Er heerst verwarring over wat wel en niet mag. Conflicten lopen daardoor eerder uit de hand.

Nu komt het erop aan, de teugels weer aan te halen. Het bestuur, politie en het Openbaar Ministerie  moeten in staat worden gesteld om raddraaiers snel bij de kraag te pakken.

Repressie is de beste vorm van preventie en de PVV fractie is voorstander van een stevig lik op stuk beleid. Wij zijn van mening dat het veelal softe overheidsbeleid de samenleving ontwricht.

Mijn fractie beschouwt dan ook het voorliggende voorstel “Wijziging van de Gemeentewet en Wetboek van Strafrecht ter aanscherping van de maatregelen ter bestrijding van voetbalvandalisme en ernstige overlast” als een stap in de goede richting.

Deze zogenaamde voetbalwet wordt op een aantal punten verscherpt.

Wat men pleegt te noemen “first offenders” vallen nu ook onder de reikwijdte van de beoogde wet en kunnen nu ook gebiedsverboden, groepsverboden en meldingsplicht opgelegd krijgen. Een ontwikkeling die onze fractie toejuicht.

Desondanks constateren wij dat de Minister enigszins last heeft van de pappen en nathouden ziekte. Een bekende kwaal waar coalitiegenoten van de PVDA vaker last van krijgen. 

Onze fractie is namelijk van mening dat het woord ‘’ernstig’’ geschrapt moet worden in het te wijzigen artikel 172a van de Gemeentewet. Wij zijn van mening dat deze toevoeging de burgemeester onnodig beperkt in het opleggen van een bevel.

Een effectieve aanpak van overlast, let wel het verstoren van de Openbare Orde is vaak het voorstadium van misdaad -is onontbeerlijk om onze samenleving veiliger te maken.

First offenders, juist First Offenders, moeten direct en hard bij de kraag gepakt worden. Zodat de preventieve werking van de maatregel gemaximaliseerd wordt.

Voorts zijn wij van mening dat de Minister een kans laat liggen niet ook gelijk artikel 141 van het Wetboek van Strafrecht zodanig te wijzigen dat het OM niet langer opgezadeld wordt met de huidige bewijsproblemen bij plegers van geweld in groepsverband. Deze bewijsproblemen leiden er vaak toe dat plegers geweld en vernielingen, die dat in  groepsverband doen niet voor de zwaardere delicten kunnen worden vervolgd danwel worden vrijgesproken. Met het amendement Helder die zij namens de PVV fractie in de Tweede Kamer indiende,  kan een ieder die deel uit maakt van een groep die openlijke geweldpleging pleegt, strafrechtelijk verantwoordelijk worden gehouden voor de gevolgen.

Ik verzoek de Minister om nogmaals naar deze twee suggesties te kijken.

Het generieke artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht regelt de sanctie op overtreding van een bevel zoals bedoeld in artikel 172a van de Gemeentewet. Deze strafmaat is nu gesteld op een gevangenisstraf van slechts 3 maanden. Mijn vraag aan de Minister is of hij deze strafmaat, bij overtreding van de sanctie zoals opgelegd in het nieuwe artikel 172a van de Gemeentewet, voldoende afschrikwekkend vindt. Met name voor deze specifieke groep overlastplegers.

Want waar hebben wij het vandaag over voorzitter. Niet over voetbalsupporters. En ook niet over de vele bezoekers van evenementen. Het gaat wat onze fractie betreft over plegers van overlast, die individueel of in groepsverband de Openbare Orde verstoren. Wat dat betreft is de bijnaam van deze ‘voetbalwet’ misleidend. Men zou beter kunnen spreken over de ‘Evenementen wet’. De ordeverstoorders moeten keihard worden aangepakt. De goeden lijden nu onder de kwaden, en dat voorzitter, moet stoppen.

Onder andere de KNVB is van mening dat achter de notoire relschoppers een klein groepje regisseurs aan de touwtjes trekken. Die regisseurs van ellende moeten middels recherche capaciteit worden opgespoord.

Kan de Minister aangeven of er voldoende recherche capaciteit beschikbaar is om deze regisseurs in ellende op te sporen?

Mocht dit onverhoopt niet het geval zijn, ziet de Minister dan mogelijkheden om de recherche capaciteit uit te breiden, zodat het onkruid bij de wortels gewied kan worden?

Ik noemde zojuist het Wetboek van Strafrecht. De rechter heeft in het seizoen 2013/2014 slechts 28 stadionverboden opgelegd. Ik vraag de Minister, wetend dat hij niet over het opleggen van straffen gaat, dat doet immers de rechter, er zorg voor te dragen dat plegers van overlast en verstoorders van de openbare orde, vaker via het Wetboek van Strafrecht, vervolgd worden. Ook wanneer de burgemeester reeds via de Gemeentewet zijn maatregelen, bevelen, heeft genomen. Laten we de preventieve werking die van het Wetboek van Strafrecht uitgaat, niet, letterlijk, links  liggen.

Ter afronding vraag ik de Minister nog vaart te maken met het regelen van de digitale meldplicht. Zolang die niet is geregeld, zullen de burgemeesters en rechters, zo is de inschatting,  terughoudend zijn met het opleggen van de meldplicht. De wet moge straks in werking zijn getreden. Maar het systeem van digitaal melden doet dat nog niet. Wij geven de burgemeesters en het OM straks de tanden, maar de burgemeesters en het OM moeten dan wel gaan bijten.

Het is gebruikelijk om niet onderbroken te worden tijdens een maiden speech. Nu deze voor mij voorbij is, hoop ik dat in deze Kamer veelvuldig van de interruptie microfoon gebruik zal worden gemaakt. Ik hoop door middel van het debat bij te dragen aan de voorspoed en veiligheid van ons land.

1260 keer gelezen